Ode aan een Rooie

Ik zag hem vanochtend, toen ik naar het werk reed. Tussen Den Oever en Wieringerwerf, op de fiets. Brugpieper, voorovergebogen, ellebogen rustend op het stuur, gedrongen lijf, verbeten trek om de mond. Hij had een doel, een missie. Het was niet bepaald de tegenwind.
Achter hem vier meisjes, van die aankomende dametjes, iedereen kent ze, twaalf, dertien jaar oud. Haren lang, mooi gekamd, goed gekleed, ouder willen lijken dan je bent. Meiden die al vrouw willen zijn.
Het was duidelijk waar ze zich tijdens de fietstocht naar school mee vermaakten. De uitgestoken arm met wijzende vinger richting de fietsende jongen voor hen. Inderdaad de jongen met de verbeten trek om de mond. De meiden waren bezig om hem te treiteren. 
Wat ze riepen kon ik niet horen, het zal ongetwijfeld met het uiterlijk van de jongen te maken hebben gehad. Een rooie, en niet een beetje rood. Er werd geroepen, gewezen, gelachen. Zo'n gemene lach, zoals alleen tienermeiden dat kunnen. 
De Rooie fietste door, zonder op te kijken, teruggetrokken in zijn eigen wereld. Hij moet dit al honderd keer eerder meegemaakt hebben. Eelt op zijn ziel moet hij hebben, ondanks zijn jonge leeftijd. Boerenzoon of van een visserman, zo schatte ik in. Ik weet niet of het waarheid was, maar het paste zo mooi bij hem.
Wat mij raakte in het tafereel waar ik in een paar seconden aan voorbij schoot, was niet het overduidelijke treiteren. Het was de houding en de uitstraling van de Rooie. De verbeten trek om de mond, niet op of om kijken, vertrouwend op zichzelf. Hij zou gemakkelijk een slachtoffer kunnen worden, zichzelf die rol aanmeten. 
Deze niet. Deze Rooie gaan ze er niet onder krijgen. Hij weet nu al dat hij op een goede dag heel hard om deze meiden gaat lachen. Dat zal de dag zijn dat ze er achter komen dat die Rooie een gouden hart heeft, een ijzeren wil, weet waar hij naar toe gaat in zijn leven en voor zichzelf zijn zaakjes voor elkaar heeft. De dag waarop hij het gemaakt heeft en zij zich verwonderd afvragen waar hij het doorzettingsvermogen weghaalde om dat allemaal te bereiken. 
Dat hebben ze hem zelf geleerd. Daar op dat fietspad tussen Den Oever en Wieringerwerf, elke dag weer.

Reacties